Regio Twente
Foto: Wikipedia - CC 3.0 ShareAlike
Badge van FC Twente
Twentse vlag
Spotdicht
Oet de goaldn korenaarn
Skeup God de Tweantenaarn
En oet ’t kaf en d’ restn
De leu oet ‘t Westn
Uit de gouden korenaren
Schiep God de Twentenaren
En uit het kaf en de resten
De lui uit het Westen
Op deze pagina's zijn enkele foto's aanwezig die we verkregen via het internet of de ter plaatse vermelde websites. Ga je daarmee niet accoord stuur dan even een mailtje en de foto wordt per omgaande verwijderd.
Foto: Klopjeshuizen in Borne
Nicolaasstraat 32, Hengelo (huis achter de boom)
Woonhuis Gerard ten Thij [14] en Toos Goossen [15]
Huize Almelo met Gravenallee
De landstreek ligt evenals de Achterhoek in het Oosten van Nederland tegen de Duitse grens aan. Het is een onderdeel van de provincie Overijssel. In het Oosten en Noorden grenst Twente aan de Duitse Kreis Borken en in het Noorden en Oosten aan Grafschaft Bentheim. Hier vormt het riviertje de Dinkel de natuurlijke grens. In het Westen een deel van het Noorden vormt de Regge bij Nijverdal de grens en grenst Twente aan Salland. In het zuiden grenst Twente aan de Achterhoek.
In Twente wonen Twentenaren of zoals ze meestal genoemd worden ‘Tukkers’. De naam is vermoedelijk afkomstig van het woord ‘tuk’ (broekzak). Twentenarten werden veela gespot met de handen in de broekzak en dat vond de westerling nogal ‘boers’.
Deze kijk is tegenwoordig wel even anders. Tukker is zo langzamerhand een geuzennaam. Een naam die vooral veel wordt genruikt door de suporters van FC. Twente. De streek zelf wordt ook wel Tukkerland genoemd. Heel soms ook Tukkerije een wat negatieve benadering van de inwoners van het prachtige gebied. Vooral Twents expert G.B. Vloedbeld benoemd de naam regelmatig in zijn werk Mans Kapbaarg.
Al met al is het een apart slag volk. Trots, eigenzinnig en bij tijd en wijle behoorlijk tegendraads. “Doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg.” Dat zegt hij dan niet in het Nederlands, maar in het Twents. Een dialect dat hoort tot het Nedersaksisch. Een officieel erkende taal waarvan verschillende varianten bekend zijn. Van Zuidoost Friesland tot Groningen, Drenthe, Overijssel en Gelderland. Zelfs in Duisland van Westfalen, Nedersaksen en Meckelenburg-Voor-Pommeren tot in Berlijn wordt de taal gebezigd.
Ze hielden zich altijd wat meer op de achtergrond. Dat past bij een Tukker. Vooral Herman Finkers de cabaretier uit Almelo heeft een duidelijk positieve bijdrage geleverd aan de algemene kennis over de Tukker en het Nedersaksische dialect waarmee ze door het dagelijkse leven gaan.
Trots zijn ze vooral op hun tradities en daar mag je als westerling gerust van mee genieten. Een mooie tradtie is bijvoorbeeld het Twentse volkslied.
Het Twents volkslied is geschreven door J.J. van Deinse (Ko) rond 1926,. Het lied sloeg meteen aan. Ko gebruikte de melodie van het Duitse studentenlied Ergo bibamus (Welnu: laat ons drinken) een lied dat bij de Aapclub (een club van Enschedese fabrikantenzonen) veel werd gezongen.
Twentse vertaling
Dôar lig tuss'n Déénkel en Regge 'n laand
oons mooie en neerige Twèènte
't Laand van katoen en 't laand van d'n es
den greun is in wéénter en lèènte.
Doar ruust de rouw op d'n kaamp in de wéénd
geet 't rad van de möl in de bekke gezwéénd
Dôar steet nöast d'n eek'n d'n beuk en de dan
Dat is oons zo leeve land Twèènte (bis)
Woar Twickel zien' toorns oet 't eek'nloof beurt,
de Lutte zien baarge döt bléénk'n
'n Boak'n in de boerschop op poas'n nog braandt,
't jonkvolk nog den hoorn löt kléénk'n.
Dôar kronkelt den Déénkel zo mooi deur 't laand,
deur brook en deur buske en 't Loslkerse zaand.
Dôar zitte wiej geern op 't töpk'n van de barg,
en kiekt is hoo mooi is ons Twèènte. (bis)
De rookwolk'n daampt an den horizon op,
Dôar li'jt oonze greujende steed'n.
Dôar drönt de masien' en dôar rettelt de töw,
da's Twèènte zien krachtige heden.
Um 'n heerd in de boerschop as 't griezelt op 't veld,
dôar wödt nog van vrogger de deunkes verteld.
Dôar röst om de beelten den Saks en tubant,
't Verleden noast 't heden van Twèènte. (bis)
En hew mangs van doon um oet Twèènte te goan,
weij blieft an oons Tukkerlaand dèènk'n,
gen' aandere laandstrek, ho mooi offe is,
kan 't zölfde as Twèènte ons schèènk'n.
Wiej doot in den vrömd'n mekaander de haand
geft datied mekaa in de sproak van ons laand,
al rookt oonz'n schossteen biej 't volk oaver zee,
oons hat blif toch aaltied in Twèènte. (bis)
De oorspronkelijke Nederlandse tekst
Er ligt tussen Dinkel en Regge een land
Ons schone en nijvere Twente
Het land van de arbeid het land der natuur
Het steeds onvolprezene Twente
Daar golft op de essen het goudgele graan
Doet 't snelvlietend beekje het molenrad gaan
Daar ligt er de heide in 't paarsrode kleed
Dat is ons zo dierbare Twente (bis)
Waar Twickel zijn torens uit 't eikenloof heft
De Lutte zijn heuvels doet blinken
De paasvuren branden alom in't rond
En 't landvolk de kersthoorn laat klinken
Daar stroomt onze Dinkel zo heerlijk door 't land
Door bossen en velden, langs 't Losserse zand
Daar rust er ons oog van der heuvelen top
Op 't heerlijke landschap ons Twente (bis)
De rookwolk, die stijgt aan de horizon op
Die wijst ons de nijvere steden
Met mensen arbeidzaam en degelijk, bewoond
De zetels van 't krachtige heden
Daarbuiten in boerschap op heide en veld
Daar wordt nog de sage en 't sprookje verteld
Daar rust de Tubanter in 't heuvelig graf
't Verleden naast 't heden van Twente (bis)
En voert ons het lot ook uit Twente soms weg
Wij blijven het immer gedenken
Geen andere landstreek hoe schoon ze ook zij
Kan 't zelfde als Twente ons schenken
Wij drukken elkaar in de vreemde de hand
Gedenkend ons klein, maar zo dierbare land
En moge ons huis in de vreemde ook staan
Ons hart blijft toch altijd in Twente (bis)
Vertaald uit het Nederlands door G.B. Vloedbeld) (Gerard) een Nederlandse schrijver die het Twentse volkslied vertaalde. Hij publiceerde veel over de folklore en geschiedenis van Twente en was tevens heel actief in de Twentse taalbeweging.
Ook is het de moeite waard om een aantal oude steden en plaatsen te bezoeken. Plaatsen waar Twente bekend om staat en/of waar de ten Thij's en Goossen's leefden. Ze bieden een ruime verscheidenheid aan belevenissen.
♦ Oldenzaal
Oldenzaal is een van de oudste steden van Twente. Klein, maar fijn is op de stad zeker van toepassing. Denk maar eens aan de Sint Plechelmusbasiliek uit 1150, een oud Romaanse basiliek gebouwd van Bentheimer zandsteen in het sfeervolle Oldenzaal. De basiliek heeft eveneens een schatkamer met tal van kerkelijke voorwerpen. Verder valt er veel te zien in historisch museum het Palthehuis. Oldenzaal staat verder bekend om zijn carnavalsfeesten en het festival 'de boeskool is los'. Een druk bezocht zomerfeest. Verder vind je in de nabijheid van de stad recreatieplas 'het Hulsbeek' waar je heerlijk kunt zwemmen.
♦ Ootmarsum
Een stadje dat je niet mag overslaan. Al rond 1300 kreeg Ootmarsum stadsrechten. In Twente noemen ze het stadje ook wel Siepelstad (Uienstad). Tijdens de bouwvakvakantie wordt er regelmatig de siepelmarkt gehouden. Het stadje is eveneens bekend om de verschillende galerieën en kunstwerken. In de omgeving zijn mooie fietsroutes en je kunt er ook naar het schoolmuseum Educatorium en het Openluchtmuseum.
Het Rooms-Katholieke Paasfeest wordt in Ootmarsum wel heel speciaal gevierd. Op de eerste paasdag komt de 8 leden van de Paascommissie bij elkaar. Deze ‘poaskearls’ maken een rondgang rond de kerk en zingen verschillende paasliederen. De inwoners lopen, later in de middag, dan hand-in-hand in een lange rij door de stad en zingen mee. Dit oeroude fenomeen staat bekend als het ‘vlöggeln’.
♦ Borne
In het beschermd dorpsgezicht krijg je al snel een indruk van de rijke historie van Borne. De nog aanwezige historische structuur en de vele Rijks- en gemeentelijke monumenten, zoals de Oude kerk, Museum Bussemakerhuis, de
Klopjeshuizen, de oude Synagoge, de Mariakapel en de Meijershof. Ook zijn er verschillende oorlogsmonumenten te bezichtigen. Extra interessant is ook het buitengebied dat bekend staat als de 'Groene Poort'. Heel aantrekkelijk om doorheen te wandelen of te fietsen. Er zijn verschillende wandelroutes (gekleurde pijlen) en prachtige themaroutes als het Marskramerpad, het Hilligenpad en het plaatselijke Kloosterpad Zenderen.
♦ Delden
Een groot gedeelte van de stadskern dateert uit de periode dat Delden nog een kleine stad was. Een groot deel zoals de twee stadspoorten nis gesloopt. Toch is er nog veel de moeite van het bekijken waard. Ga maar eens kijken bij museumboerderij de Wendezoele, de Noord- en de Houtzaagmolen en andere karakteristieke panden in het centrum. Ook het Zoutmuseum en de stadspomp in het centrum zijn de moeite waard.
♦ Tubbergen
Deze plaats in het noorden van Twente heeft de meeste molens (7) van Overijssel. De bekendste zijn 'De Mast (1433) en de molen op landgoed Herinckhave in Fleringen. Ze liggen in een prachtig oud coulissenlandschap dat is doorsneden met mooie fiets- en wandelroutes. De molens bijvoorbeeld zijn onderling verbonden door een fietsroute van circa 50 km. In Tubbergen zelf vind je de rooms-katholieke Sint-Pancratiusbasiliek met gebrandschilderde ramen die al vijf generaties lang door de glazeniersfamilie Nicolas worden gemaakt en onderhouden. Interessant is ook het standbeeld van Mgr. Dr. Schaepman op de Tubbergse Es. Het is gemaakt door beeldhouwer August Falise. Ieder jaar wordt de kunstmanifestatie 'Glasrijk' gehouden.
♦ Albergen
Het kleine dorp Albergen ligt midden in de Twentse natuur van houtwallen en glooiende essen. Het ligt zeven kilometer ten oosten van Almelo gelegen en wordt in het zuiden begrensd door het kanaal Almelo-Nordhorn. Vroeger kwamen hier veel kemphanen voor. De R.K.-basisschool is genoemd naar het Albergse woord voor kemphaan 'kardoes'. In het dorp gaat ieder jaar weer de eerste grote carnavalsoptocht van start. Onze oudst bekende voorvader Albertus Oude Hulshof (Barty) ten Thij [150], trouwde hier in 1780.
♦ Hengelo
Het dorp Hengelo ontstond rond de Hof (te) Hengelo en de daarbij behorende kapel. Tussen circa 1525-1530 bouwde Fredrik van Twickelo op zijn Hof Hengelo het Huis Hengelo. Omstreeks 1811 onstond de gemeente bestaande uit boerderijen en landarbeidershuisjes. Tijdens de industriele revolutie in de 19e eeuw kwam Hengelo pas goed uit de veren. Het economische leven komt vooral tot uiting in de technische industrie met fabrieksn als de Gebr. Stork & co,
Hazemeyer, Heemaf, Koninklijke Nederlandse Zoutindustrie en Hollandse Signaalapparaten. In de Tweede Wereldoorlog werd Hengelo, Daarbij werd het centrum van de stad op 6 en 7 oktober 1944 zo goed als geheel vernietigd. Een van de opvallendste bouwwerken die de oorlog overleefden is de rooms-katholieke Sint-Lambertusbasiliek uit 1890.
Een echte uitgaanstopper is attractiepark De Waarbeek voor families en kinderen. Uitgaan in Hengelo is de moeite waard.
♦ Almelo
Almelo ontstond in de Middeleeuwen. De naam gaat terug op de Germaanse woorden alma "olm" en lauha "lo". Een lo is een bos dat gelegen is op zandgrond en vaak vlak bij een nederzetting ligt. De stad biedt mogelijkheden genoeg zoals: het Theaterhotel en Prestonpalace in het oude Ireneziekenhuis. Daarnaast kun je kennismaken met het Stadsmuseum Almelo Almelo. Het is gevestigd in het Rectorshuis in het centrum. Daar staat ook het monumentale Wevershuisje. Verder vind je er de protestantse Grote Kerk uit de 15e eeuw en de R.K. Sint-Georgiusbasiliek in de volksmond praten ze over "de Sjors". Achter de kerk ligt de Westeres. Het pittoreske wijkje onderscheidt zich door zijn smalle straatjes en in rood baksteen, met geel bakstenen versieringen uitgevoerde huizen. Een andere interessante wijk is tuindorp De Riet. Almelo heeft ook nog een molen, de korenmolen De Hoop uit 1870.
De moeite van het bezoeken waard is ook de 'Gravenallee'. De oprijlaan van Huize Almelo. Deze laan is drie kilometer lang en eindigt bij het Kanaal Almelo-Nordhorn. Halverwege is een tolhuis en kan een rondwandeling gemaakt worden door de bossen, waarin zich ook de grafkelder van Van Rechteren Limpurg bevindt.
Almelo is de stad waar veel Goossen's vandaan komen.
♦ Enschede
Een gezellige studentenstad met een ruim aanbod van horeca. Centraal ligt het grote Van Heekplein waar je lekker kunt winkelen. De stad Enschede biedt mooie wijken en ook het centrale Volkspark dat in opdracht van textielbaron Hendrik Jan van Heek werd aangelegd in 1872 voor de textielarbeiders en hun gezinnen is de moeite van het bekijken waard. Leuk is wel dat er ter plaatse geen sterke drank geschonken mocht worden. De moeite van het bekijken waard zijn: het Rijksmuseum Twente, de nieuwe stadswijk Roombeek opgebouwd na de vuurwerkramp in 2000 en de Technische Universiteit Twente.
Webmaster Gerhard Kwak
Website van de Achterhoekse & Twentse families Kwak, Elschot, ten Thij en Goossen.
Neem contact op met:
Adres: Wielseweg 3-57, 3896 LA Zeewolde
Email: g.kwak@kpnmail.nl
© 2018 - 2020 Gerhard Kwak, Zeewolde. All Rights Reserved